De organisatie

3.1 Organisatie van de stichting

Gezamenlijk vormen de scholen een sterk netwerk, dat zijn kennis en krachten bundelt tot een geheel dat meer is dan de som der delen. Een professioneel ondersteuningsapparaat, geleid door de Algemeen Directeur, verzorgt de administratieve en beleidsondersteuning en werkt voor de scholen aan een prettige werkomgeving en gunstige randvoorwaarden. Op de leden van het Algemeen Bestuur na, wordt de gehele hiërarchische lijn gevormd door professionele krachten.

 

3.1.1 Algemeen bestuur

Er is een Algemeen Bestuur met 5 leden. Het Algemeen Bestuur mandateert taken en bevoegdheden aan de Algemeen Directeur. Dit is vastgelegd in het Management Statuut.

 

3.1.2 Algemeen directeur

Er is een Algemeen Directeur, integraal verantwoordelijk voor de dagelijkse leiding van de Stichting en belast met de voorbereiding, vaststelling, uitvoering en evaluatie van het beleid op stichtingsniveau.

 

3.1.3 Directieoverleg

De betrokkenheid van de directeuren bij de Stichting in de adviserende en ondersteunende zin krijgt vorm in het directieoverleg. Het directieoverleg vormt daarmee, naast het Algemeen Bestuur, een belangrijk overlegorgaan voor de Algemeen Directeur daar waar het gaat om de stichtingsbrede beleidsvoorbereiding en -evaluatie.

 

3.1.4 Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad

De Algemeen Directeur overlegt met de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad (GMR) over bovenschoolse zaken conform het vastgestelde GMR-reglement. Advies- en instemmingsrecht van GMR zullen daarbij gerespecteerd worden. Daarnaast worden de GMR-leden overeenkomstig de wet- en regelgeving gefaciliteerd.

 

 

3.2 Organisatie school

Om de Ervaringsgerichte visie van onze school op leren en leven tot uiting te laten komen is het nodig dit waar mogelijk te organiseren en te regelen in de school. Uiteindelijk gaat het erom zodanige voorwaarden te scheppen dat kinderen en leerkrachten kunnen doen waar zij voor op school samenkomen, samenleven en samenwerken.

Iedere school binnen Stichting Talent heeft op dit moment een directeur,  schoolteam, MedezeggenschapsRaad (MR), Ouderraad (OR) en tal van vrijwilligers. Voor namen verwijzen wij u naar hoofdstuk 10.

 

3.2.1 De directeur

De directeur is integraal verantwoordelijk voor de dagelijkse leiding op de school en belast met de voorbereiding, vaststelling, uitvoering en evaluatie van het beleid op schoolniveau. De directeur legt verantwoording af aan de Algemeen Directeur.

 

3.2.2 Medezeggenschapsraad

De medezeggenschapsraad bestaat uit (minimaal) 4 personen, die gekozen zijn door de ouders en de leerkrachten. Er zitten evenveel ouders als leerkrachten in de MR. De leden van de raad hebben zitting voor een pe­riode van 2 jaar en zijn twee keer her­kiesbaar. Als zich meer dan 2 personen voor de oudergeleding kandidaat stellen, vinden rechtstreekse, schriftelijke ver­kiezingen plaats. De samenstelling van de MR is opgeno­men in de bijlagen. De directeur overlegt met de MR over schoolse zaken conform het vastgestelde reglement. Advies- en instemmingsrecht van MR zullen daarbij gerespecteerd worden. De MR-leden worden overeenkomstig wet- en regelgeving gefaciliteerd.

Daarnaast hebben twee leden van onze MR zitting in de Gemeen­schappelijke Medezeggenschapsraad  (GMR) van de Stichting Talent. In de GMR worden zaken besproken die betrekking hebben op alle scholen in de gemeente.

 

3.2.3 Ouderraad

De ouderraad is een rechtspersoon en staat ingeschreven bij de Kamer van Koophandel. Regelmatig komen de leden van de ouderraad in vergadering bijeen met afgevaardigden van het team.

De door de ouderraad te organiseren activiteiten dienen overlegd te worden met de directeur (en team) conform de eigen statuten, waarin tevens duidelijk de taken en overlegstructuren zijn weergegeven.

Ouders, die zich verbonden voelen met de school en die, om welke reden dan ook, iets van hun ideeën aan school kwijt willen, kunnen dat dan ook doen via de leden van de ouderraad, van wie de namen in hoofdstuk 10 te vinden zijn.

De ouderraad bestaat uit 7 ouders van leerlingen van Obs ‘de Heidehoek’. De raad wordt door de ouders gekozen. Samenstelling vindt plaats naar aanleiding van verkiezingen, die tijdens de jaarlijkse zakelijke ouderavond in het najaar wordt gehouden. Iedere ouder waarvan een kind bij de school is ingeschreven, kan zich kandidaat stellen en is kiesgerechtigd. De leden zijn in principe elke 3 jaar aftredend en herkiesbaar, zolang ze kinderen op school hebben. De OR belegt 1x per maand een vergadering met het team en doet daarvan verslag.

 

Dit verslag hangt gedurende 1 maand in de hal van de school. De personen die zitting hebben in de OR staan vermeld in de bijlagen. De leden van de ouderraad en het schoolteam zijn verdeeld over verschillende werkgroepen. Elk lid zit in een aantal werkgroepen die verantwoordelijk zijn voor de door hen te organiseren zaken. De verdeling over de groepen vindt u in de bijlagen.

 

Ouderactiviteiten

Van de hulp van ouders wordt bij de volgende activiteiten gebruik gemaakt:

 

Zakelijke ouderavond

Deze ouderavond wordt gehouden in ok­tober of november. Tijdens deze avond worden de verkiezingen gehouden voor de ouderraad. Bovendien wordt het jaarver­slag gepresenteerd en besproken, vindt de financiële verantwoording plaats en kunnen­ gedachten, wensen en suggesties tus­sen ouders en ouderraad worden uitgewis­seld.

3.2.4 Leerkrachten

De groepsleerkracht is voor de kinderen en voor de ouders de uiteindelijk verantwoordelijke persoon en kan daarop aangesproken worden. In principe heeft elke leerkracht zijn/haar eigen groep.

In alle groepen komt ook wel eens een andere leerkracht in verband met roostervrije dagen van de groepsleerkracht, ziekte, nascholing en / of cursus. Zie hiervoor hoofdstuk 3.3.3. procedure (ziekte)vervanging.

 

Omschrijving functie groepsleerkracht

 

Aan de leerkracht kunnen – naast de werkzaamheden op basis van de eigen functie – ook andere taken opgedragen worden binnen het niveau en de schaal van de functie. Het betreft hier de volgende taken: waarnemend / plaatsvervangend directeur, intern begeleider, remedial teacher, taal-/leescoördinator, bouwcoördinator en ICT-coördinator:

Waarnemend/plaatsvervangend directeur

Vervangt de directeur bij korte afwezigheid door:

Vervangt de directeur bij kortdurende afwezigheid i.v.m. verlof of ziekte door:

 

Overlegt bij langdurige afwezigheid van de directeur met de Algemeen Directeur over de invulling van taken, waarbij keuze gemaakt wordt uit de volgende opties:

 

Intern Begeleider

Deze taak wordt nader beschreven in hoofdstuk 5 Zorg.

 

ICT-Coördinator  

Draagt zorg voor de vertaling van bovenschools ICT-beleid naar specifiek ICT-beleid op school door:

schoolniveau, aangepast aan de specifieke didactische grondslag en onderwijsvorm van de school;

 

Is belast met het instrueren en ondersteunen van gebruikers bij didactische toepassingen van hard- en software door:

Verzorgt het klein beheer van hard- en software op school door:

Verricht overige werkzaamheden op het gebied van ICT van vergelijkbare aard, zoals het begeleiden en ondersteunen van specifieke projecten.

Draagt zorg voor de uitvoering van deskundigheidsbevordering op het gebied van ICT door:

 

3.3   Integraal personeelsbeleid (IPB)

Goed personeelsbeleid bindt personeel en biedt medewerkers meer loopbaanperspectief.

Tevens biedt personeelsbeleid scholen een handvat om organisatorische doelstellingen af te stemmen op de personele mogelijkheden en deze te beïnvloeden. Bovendien heeft het een positief effect op het onderwijskundig proces met als resultaat kwaliteitsverbetering van het onderwijs.

 

 

3.3.1 Bekwaamheidseisen onderwijspersoneel

Leerlingen hebben recht op onderwijs van bevoegde leraren, die gedurende hun carrière hun bekwaamheden op peil houden. Sinds de Wet op de beroepen in het onderwijs (Wet BIO) van kracht is, draagt de school de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van het onderwijspersoneel.

De bekwaamheid tot het geven van onderwijs omvat de volgende competenties:

3.3.2  Scholing

Regelmatig zullen leerkrachten worden bijgeschoold. Door de directeur wordt daarvoor een nascholingsprogramma opgesteld. De deskundigheidsbevordering van de leerkrachten staat in relatie met onderwijskundige en organisatorische doelen van de school (zie Schoolplan). Deskundigheidsbevordering kan zowel in teamverband als individueel plaatsvinden.

Meer informatie vindt u in ons Schooljaarplan en in hoofdstuk 9 Praktische informatie.

 

3.3.3  Procedure benoemen nieuw personeel

In het “Proceshandboek administratieve organisatie” staat de procedure voor benoemen van nieuw personeel omschreven. De procedure voor benoemen van nieuw personeel is opgesteld, rekening houdend met de geldende wet- en regelgeving. De  procedure heeft tot doel optimale kwalitatieve en kwantitatieve personeelsbezetting als primaire voorwaarde om de beleidsdoelen van de organisatie uit te voeren. De procedure richt zich op vacatures die direct onder verantwoordelijkheid c.q. benoeming van Stichting Talent vallen.

Voor het benoemen van invallers wordt niet de gehele sollicitatieprocedure doorlopen, zie hiervoor 3.3.4. procedure (ziekte)vervanging.

 

3.3.4  Procedure (ziekte) vervanging

Het kan voorkomen dat de leerkracht van uw kind één of meerdere dagen afwezig is in verband met ziekte of recht op arbeidsduurverkorting (ADV) / compensatieverlof of in verband met het volgen van scholing.

Stichting Talent is feitelijk de werkgever van de vervangers. De directeur van de school waarbinnen de vervanger werkt is verantwoordelijk voor een goede begeleiding van de vervanger. Voor de invalleerkracht ligt het programma klaar. Elke leerkracht houdt namelijk in zijn / haar groepsmap bij welke lessen hij / zij gegeven heeft en wat de plannen zijn voor de komende periode. Zo kunnen wij er voor zorgen, dat het lesprogramma door kan blijven gaan.

 

 

3.3.5  Studenten

Elk jaar zullen er studenten van de PABO door de leerkrachten begeleid worden. Waar en wanneer deze ingezet worden, is op voorhand niet te zeggen.

 

Het bevoegd gezag is verplicht aan studenten, die in opleiding zijn voor een functie in het basisonderwijs of in het voortgezet onderwijs, gelegenheid te bieden, de als onderdeel van hun opleiding vereiste ervaring in de school, te verkrijgen. Deze verplichting betreft:

Studenten, die op een school voor de opleiding van onderwijzend personeel zijn ingeschreven of anderszins studeren voor een bewijs van bekwaamheid, dan wel voor een bewijs van voldoende pedagogische en didactische voorbereiding;

Een bevoegd gezag kan een student de verdere toegang tot de school ontzeggen, indien deze in de school in strijd handelt met de grondslag en doelstellingen van de school. Van een beschikking tot ontzegging van de toegang tot de school wordt mededeling gedaan door toezending of uitreiking van een afschrift aan het bevoegd gezag van de betrokken opleidingsinstelling dan wel aan de betrokken examencommissie en aan de inspectie.

De directeur regelt, onder verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag, de werkzaamheden in verband met de begeleiding door het onderwijzend personeel van de studenten in de school. Dit in overeenstemming met het personeel, en de betrokken opleidingsinstellingen of staatsexamencommissie.